Helmert Woudenberg schreef theaterstuk voor 50-jarige NVVE
Scènes uit een
waardig levenseinde

Foto's: Frank Maaskant

De première van Mijn leven, mijn einde is 2 juni tijdens de viering van het 50-jarig bestaan van de NVVE in Gooiland in Hilversum. Deze voorstelling (en het feest) is alleen toegankelijk voor NVVE-leden. Daarna wordt het theaterstuk nog een aantal keren in het land opgevoerd. Kijk voor data en locaties op: nvve.nl/agenda.

MUISSTIL

In de Amsterdamse Oranjekerk is eind maart de tweede try-out van het stuk. In de zaal zitten geïnteresseerde, veelal oudere bezoekers. Heel ander publiek dan een paar weken eerder in het Betty Asfalt Complex. Daar was de zaal gevuld met NVVE-medewerkers. ‘De nagesprekken waren daar veel technischer en minder op de inhoud van het toneelstuk’, vertelt Ilana. ‘We hebben toen gekeken naar welke vragen we per scène kunnen verwachten. En welke thema’s er bij welke scène het beste passen.’

Voor in de kerk staan drie stoelen. Links van het podium zit regisseur Helmert op de eerste rij. Geconcentreerd kijkt hij naar het spel voor zich. Regelmatig zie je zijn mond de teksten mimen. De zaal zit afgeladen vol. Af en toe klinkt er een lach, maar het merendeel van de tijd is het muisstil. Vlak voor het einde van de scène over hulp bij zelfdoding vraagt de coördinator van de NVVE Levenseinde Academie, Karina Scheirlinck, aan de zaal hoe het verhaal zal aflopen. De vrouw met de doodswens heeft dan net haar zus gevraagd om bij haar sterven te zijn. ‘Ik vind het nogal wat om je zus zo voor het blok te zetten’, klinkt het uit de zaal. Iemand anders vraagt hoe lang je zo’n laatstewilmiddel kunt bewaren. ‘Hoe weet je of het niet over de datum is?’ Uit de zaal klinkt bulderend gelach.  

REGIEAANWIJZINGEN

Helmert zit op de bank. Voor hem staan twee stoelen waarop Elsje en Kathenka zitten. De laatste vertelt haar toneelzus dat ze klaar is met het leven en eruit wil stappen. De regisseur luistert nauwgezet en komt af en toe tussenbeide. ‘Je denkt misschien wel dat er iets aan de hand is, maar je vermoedt niet dat je zus er een einde aan wil maken’, instrueert hij Elsje. Tegen zijn nicht zegt hij dat ze duidelijk moet maken dat het niet de dood van haar man is die haar tot dit besluit heeft gebracht. Als de twee verder spelen, geeft hij steeds meer regieaanwijzingen. ‘De toon is goed! Maar houd het zo eenvoudig mogelijk. Zorg dat jullie niet meteen in discussie raken. Laat merken dat jullie er verschillend over denken, maar ook heel veel van elkaar houden.’

Jaap vindt het na deze scène tijd voor een pauze. Iedereen haalt plastic zakjes met boterhammen tevoorschijn. Elsje grapt dat dit stuk misschien wel haar ‘echte eindspel wordt’. Ze doelt op Becketts klassieker waarmee de 79-jarige actrice tot vorig jaar nog op het toneel stond. Ze zegt dat ze de NVVE een warm hart toedraagt. ‘Ik hoop dat ik op tijd in de gelegenheid ben om waardig te sterven.’ Vera is ook voorstander, maar heeft ook twijfels. ‘Ik vind euthanasie best een ding voor de achterblijvers. Degene die overlijdt, kan afscheid nemen, maar de anderen moeten verder.’

Na de boterhammen neemt Helmert weer plaats op de bank en geeft instructies voor de volgende scène. ‘Laat zien dat je geduld met je moeder begint op te raken’, zegt hij tegen Elsje. ‘Maar maak ook duidelijk dat je steeds wanhopiger wordt.’ Helmert heeft van de NVVE voor het theaterstuk zo’n tien thema’s ter inspiratie gekregen. ‘Thema’s als zelfbeschikking, behandelverbod, hulp bij zelfdoding en bijvoorbeeld euthanasie en dementie’, preciseert campagne- en projectleider Ilana Sandelowsky. ‘Onderwerpen waarover we bij de NVVE altijd veel vragen krijgen. Een waardig levenseinde blijkt voor veel mensen namelijk toch vaak een grijs gebied. We hopen met dit theaterstuk en de nagesprekken mensen bewust te maken hoe je zo’n waardig levenseinde goed organiseert.’

Een dikke week later treffen we elkaar weer. Dit keer in de woonkamer van Vera Boots. Nog niet iedereen is binnen of Helmert loopt al met de bank en stoelen te sjouwen en verbouwt in no time de huiskamer. Vera geeft geen krimp en vertelt over de schilderijen aan de muur en over haar verleden als beeldend kunstenaar. Een ontmoeting met Helmert veranderde haar leven. ‘Toen werd ik actrice’, zegt ze met een grote grijns.

Elsje wil weten waar ze moet staan tijdens de scènes. En ze wil ook meer duidelijkheid over hoe de nagesprekken gaan verlopen na het spel. ‘Je mag doen wat je wilt’, reageert Helmert. ‘Dat lijkt mij nogal rommelig. Ik wil duidelijkheid’, riposteert Elsje. Ondertussen zoekt ze naar haar nieuwe script. Helmert heeft na de eerste lezing van vorige week het script op sommige onderdelen aangepast. Vandaag wil hij beginnen met de tweede scène: het stuk over voltooid leven. Jaap van Riemsdijk heeft daarvoor een speciaal flesje meegenomen. Een rekwisiet dat symbool moet staan voor het laatstewilmiddel. ‘Is dat realistisch?’, vraagt Kathenka. ‘Of is het beter als we een medicijndoosje gebruiken?’

Kathenka en Jaap kennen elkaar omdat zij drie jaar geleden aanwezig waren bij de zelfverkozen dood van acteur Johan Ooms. ‘Wij zijn daarna bevriend geraakt. En omdat Jaap veel voorlichting geeft voor de NVVE kwamen we op het idee om een voorstelling te maken over alles wat met een waardig levenseinde te maken heeft. Mijn neef wilde de tekst wel schrijven. En we kenden beiden Elsje en Vera’, legt ze uit. Jaap: ‘Ik heb voor de NVVE al vaak discussies geleid naar aanleiding van films die over euthanasie of een andere vorm van een zelfgekozen levenseinde gaan met leden en niet-leden.’ Trots: ‘Dit keer hebben we een toneelstuk.’

MARKANTE METAMORFOSIS

Dik zes weken eerder lezen Elsje de Wijn, Vera Boots en Kathenka Woudenberg voor het eerst de teksten van Helmert Woudenberg, Kathenka’s neef. Op een doodgewone maandagochtend in een lichte kantoorruimte van de NVVE transformeren de drie actrices in een oogwenk in de personages die Woudenberg heeft bedacht. Je ziet de worstelingen van een huisarts die een patiënt wil helpen, maar door diezelfde patiënt wordt gedwarsboomd. De onmacht van een echtgenote. De liefde, en ook het onbegrip tussen twee zussen. En een dochter die vreest dat de dementie roet in het eten gaat gooien bij de euthanasiewens van haar moeder. De drie vinden de markante metamorfoses doodnormaal. ‘Dat is ons werk’, reageert Elsje droog. ‘Daar is niks bijzonders aan.’


In de Amsterdamse Oranjekerk klinkt steeds harder geroezemoes als NVVE-vrijwilliger Jaap van Riemsdijk en Karina Scheirlinck, coördinator van de NVVE Levenseinde Academie, aan de zaal vragen wat er moet gebeuren. We hebben net een scène gezien waarin de vrouw van een doodzieke man moet beslissen of hij naar het ziekenhuis mag worden gebracht. ‘Natuurlijk moet hij naar het ziekenhuis’, roept de een. ‘Nee’, zegt een ander, ‘die man wil toch helemaal niet meer worden behandeld? Hij heeft al maanden alle hulp afgewezen. Zelfs pijnbestrijding wil hij niet.’ Iemand anders uit het publiek vraagt of de echtgenote zo’n beslissing eigenlijk wel mag nemen. 

Helmert Woudenberg schreef op verzoek van de NVVE een theaterstuk over de dilemma’s rond een zelfgekozen dood: Mijn leven, mijn einde. In drie scènes drukt de 78-jarige regisseur en schrijver de toeschouwers met de neus op de feiten. En dat levert veel discussie op.

Marloes Elings

Helmert Woudenberg schreef theaterstuk voor 50-jarige NVVE
Scènes uit
een waardig levenseinde

Foto's: Frank Maaskant

De première van Mijn leven, mijn einde is 2 juni tijdens de viering van het 50-jarig bestaan van de NVVE in Gooiland in Hilversum. Deze voorstelling (en het feest) is alleen toegankelijk voor NVVE-leden. Daarna wordt het theaterstuk nog een aantal keren in het land opgevoerd. Kijk voor data en locaties op: nvve.nl/agenda.

MUISSTIL

In de Amsterdamse Oranjekerk is eind maart de tweede try-out van het stuk. In de zaal zitten geïnteresseerde, veelal oudere bezoekers. Heel ander publiek dan een paar weken eerder in het Betty Asfalt Complex. Daar was de zaal gevuld met NVVE-medewerkers. ‘De nagesprekken waren daar veel technischer en minder op de inhoud van het toneelstuk’, vertelt Ilana. ‘We hebben toen gekeken naar welke vragen we per scène kunnen verwachten. En welke thema’s er bij welke scène het beste passen.’

Voor in de kerk staan drie stoelen. Links van het podium zit regisseur Helmert op de eerste rij. Geconcentreerd kijkt hij naar het spel voor zich. Regelmatig zie je zijn mond de teksten mimen. De zaal zit afgeladen vol. Af en toe klinkt er een lach, maar het merendeel van de tijd is het muisstil. Vlak voor het einde van de scène over hulp bij zelfdoding vraagt de coördinator van de NVVE Levenseinde Academie, Karina Scheirlinck, aan de zaal hoe het verhaal zal aflopen. De vrouw met de doodswens heeft dan net haar zus gevraagd om bij haar sterven te zijn. ‘Ik vind het nogal wat om je zus zo voor het blok te zetten’, klinkt het uit de zaal. Iemand anders vraagt hoe lang je zo’n laatstewilmiddel kunt bewaren. ‘Hoe weet je of het niet over de datum is?’ Uit de zaal klinkt bulderend gelach.  

REGIEAANWIJZINGEN

Helmert zit op de bank. Voor hem staan twee stoelen waarop Elsje en Kathenka zitten. De laatste vertelt haar toneelzus dat ze klaar is met het leven en eruit wil stappen. De regisseur luistert nauwgezet en komt af en toe tussenbeide. ‘Je denkt misschien wel dat er iets aan de hand is, maar je vermoedt niet dat je zus er een einde aan wil maken’, instrueert hij Elsje. Tegen zijn nicht zegt hij dat ze duidelijk moet maken dat het niet de dood van haar man is die haar tot dit besluit heeft gebracht. Als de twee verder spelen, geeft hij steeds meer regieaanwijzingen. ‘De toon is goed! Maar houd het zo eenvoudig mogelijk. Zorg dat jullie niet meteen in discussie raken. Laat merken dat jullie er verschillend over denken, maar ook heel veel van elkaar houden.’

Jaap vindt het na deze scène tijd voor een pauze. Iedereen haalt plastic zakjes met boterhammen tevoorschijn. Elsje grapt dat dit stuk misschien wel haar ‘echte eindspel wordt’. Ze doelt op Becketts klassieker waarmee de 79-jarige actrice tot vorig jaar nog op het toneel stond. Ze zegt dat ze de NVVE een warm hart toedraagt. ‘Ik hoop dat ik op tijd in de gelegenheid ben om waardig te sterven.’ Vera is ook voorstander, maar heeft ook twijfels. ‘Ik vind euthanasie best een ding voor de achterblijvers. Degene die overlijdt, kan afscheid nemen, maar de anderen moeten verder.’

Na de boterhammen neemt Helmert weer plaats op de bank en geeft instructies voor de volgende scène. ‘Laat zien dat je geduld met je moeder begint op te raken’, zegt hij tegen Elsje. ‘Maar maak ook duidelijk dat je steeds wanhopiger wordt.’ Helmert heeft van de NVVE voor het theaterstuk zo’n tien thema’s ter inspiratie gekregen. ‘Thema’s als zelfbeschikking, behandelverbod, hulp bij zelfdoding en bijvoorbeeld euthanasie en dementie’, preciseert campagne- en projectleider Ilana Sandelowsky. ‘Onderwerpen waarover we bij de NVVE altijd veel vragen krijgen. Een waardig levenseinde blijkt voor veel mensen namelijk toch vaak een grijs gebied. We hopen met dit theaterstuk en de nagesprekken mensen bewust te maken hoe je zo’n waardig levenseinde goed organiseert.’

Een dikke week later treffen we elkaar weer. Dit keer in de woonkamer van Vera Boots. Nog niet iedereen is binnen of Helmert loopt al met de bank en stoelen te sjouwen en verbouwt in no time de huiskamer. Vera geeft geen krimp en vertelt over de schilderijen aan de muur en over haar verleden als beeldend kunstenaar. Een ontmoeting met Helmert veranderde haar leven. ‘Toen werd ik actrice’, zegt ze met een grote grijns.

Elsje wil weten waar ze moet staan tijdens de scènes. En ze wil ook meer duidelijkheid over hoe de nagesprekken gaan verlopen na het spel. ‘Je mag doen wat je wilt’, reageert Helmert. ‘Dat lijkt mij nogal rommelig. Ik wil duidelijkheid’, riposteert Elsje. Ondertussen zoekt ze naar haar nieuwe script. Helmert heeft na de eerste lezing van vorige week het script op sommige onderdelen aangepast. Vandaag wil hij beginnen met de tweede scène: het stuk over voltooid leven. Jaap van Riemsdijk heeft daarvoor een speciaal flesje meegenomen. Een rekwisiet dat symbool moet staan voor het laatstewilmiddel. ‘Is dat realistisch?’, vraagt Kathenka. ‘Of is het beter als we een medicijndoosje gebruiken?’

Kathenka en Jaap kennen elkaar omdat zij drie jaar geleden aanwezig waren bij de zelfverkozen dood van acteur Johan Ooms. ‘Wij zijn daarna bevriend geraakt. En omdat Jaap veel voorlichting geeft voor de NVVE kwamen we op het idee om een voorstelling te maken over alles wat met een waardig levenseinde te maken heeft. Mijn neef wilde de tekst wel schrijven. En we kenden beiden Elsje en Vera’, legt ze uit. Jaap: ‘Ik heb voor de NVVE al vaak discussies geleid naar aanleiding van films die over euthanasie of een andere vorm van een zelfgekozen levenseinde gaan met leden en niet-leden.’ Trots: ‘Dit keer hebben we een toneelstuk.’

MARKANTE METAMORFOSIS

Dik zes weken eerder lezen Elsje de Wijn, Vera Boots en Kathenka Woudenberg voor het eerst de teksten van Helmert Woudenberg, Kathenka’s neef. Op een doodgewone maandagochtend in een lichte kantoorruimte van de NVVE transformeren de drie actrices in een oogwenk in de personages die Woudenberg heeft bedacht. Je ziet de worstelingen van een huisarts die een patiënt wil helpen, maar door diezelfde patiënt wordt gedwarsboomd. De onmacht van een echtgenote. De liefde, en ook het onbegrip tussen twee zussen. En een dochter die vreest dat de dementie roet in het eten gaat gooien bij de euthanasiewens van haar moeder. De drie vinden de markante metamorfoses doodnormaal. ‘Dat is ons werk’, reageert Elsje droog. ‘Daar is niks bijzonders aan.’


In de Amsterdamse Oranjekerk klinkt steeds harder geroezemoes als NVVE-vrijwilliger Jaap van Riemsdijk en Karina Scheirlinck, coördinator van de NVVE Levenseinde Academie, aan de zaal vragen wat er moet gebeuren. We hebben net een scène gezien waarin de vrouw van een doodzieke man moet beslissen of hij naar het ziekenhuis mag worden gebracht. ‘Natuurlijk moet hij naar het ziekenhuis’, roept de een. ‘Nee’, zegt een ander, ‘die man wil toch helemaal niet meer worden behandeld? Hij heeft al maanden alle hulp afgewezen. Zelfs pijnbestrijding wil hij niet.’ Iemand anders uit het publiek vraagt of de echtgenote zo’n beslissing eigenlijk wel mag nemen. 

Helmert Woudenberg schreef op verzoek van de NVVE een theaterstuk over de dilemma’s rond een zelfgekozen dood: Mijn leven, mijn einde. In drie scènes drukt de 78-jarige regisseur en schrijver de toeschouwers met de neus op de feiten. En dat levert veel discussie op.

Marloes Elings