De euthanasiezorg wordt in Nederland gefinancierd door zorgverzekeraars, maar de begeleiding van artsen door verpleegkundigen en artsen van Expertisecentrum Euthanasie (EE) is alleen mogelijk door financiële steun van de vrienden van EE. De vraag naar die begeleiding stijgt jaarlijks. Het merendeel van de hulpvragen komt van huisartsen. In 2016 ging het om 66 aanvragen en in 2022 om maar liefst 485 hulpvragen. Word vriend: expertisecentrumeuthanasie.nl/vriend-worden/

Houtenbos-Zandstra vertelt dat ze het heel fijn vindt dat ze met Nellen kan sparren. Vooral ook omdat ze dan zeker weet dat ze aan alle zorgvuldigheidseisen voldoet. ‘Als huisarts ben je overgeleverd aan de regionale toetsingscommissie na een euthanasie. En dat is best spannend. Zeker bij een wat ingewikkeldere casus.’ Ze vertelt dat ze drie maanden niets hoorde na de eerste euthanasie waarbij ze Nellens hulp had ingeroepen. ‘Terwijl de stelregel is dat je binnen zes weken na ontvangst van de melding iets hoort. Dat vond ik dus echt wel een beetje spannend. Had het gevoel dat alles op een weegschaal lag. En dan ga je toch denken: heb ik het wel goed gedaan? Het was dus een enorme opluchting toen eindelijk de brief arriveerde waarin stond dat ik volgens de zorgvuldigheidscriteria van de wet heb gehandeld.’

De Noord-Hollandse huisarts benadrukt hoe fijn het is dat je dankzij het expertisecentrum er als huisarts niet alleen voor staat bij ingewikkelde euthanasieverzoeken. ‘Het is echt heel waardevol als iemand met verstand van zaken met je meedenkt en je adviseert. Dat geeft vertrouwen en maakt dat je weet dat je het goede doet.’ Op de vraag of haar eigen collega’s zo’n mentorrol niet kunnen vervullen, antwoordt ze ontkennend. ‘Natuurlijk bespreek je soms een casus met elkaar. Maar in onze praktijk is er te weinig ervaring om dezelfde steun en begeleiding te kunnen krijgen als van een consulent van EE.’ •

FOTO'S: RENE TEN BROEKE

 TREES NELLEN:

‘IK HEB IN MIJN HELE WERKZAME LEVEN NOOIT ZOIETS BIJZONDERS VOOR MENSEN KUNNEN DOEN ALS EUTHANASIE VERLENEN OF ZORGEN DAT HUN HUISARTS ZELF EEN EUTHANASIE KAN DOEN’  

CHECKEN

Ze werkt niet alleen als consulent voor EE, maar ook als onderdeel van een ambulant team. Dat laatste werk vindt ze makkelijker. ‘In een team ben je altijd met z’n tweeën. Je kunt samen overleggen. Bij elkaar checken of je dingen goed ziet. Dat is heel prettig. Als consulent begeleid je in je eentje een huisarts die ook weer een patiënt begeleidt. En dus heb je eigenlijk twee rollen. Je bent er voor de begeleiding van de huisarts, maar je moet ook de patiënt beoordelen. Dat is soms een beetje zoeken. Sommige artsen zijn huiverig en andere gaan veel te snel. Dat moet je allemaal goed uitvogelen.’

Als Nellen zelf twijfelt of vragen heeft, kan zij altijd een multidisciplinair overleg aanvragen bij het expertisecentrum. ‘Dat is niet standaard, maar dat kan als ik dat nodig vind.’ Na een korte denkpauze zegt ze: ‘Het consulentschap vind ik het fijnste en tegelijkertijd het moeilijkste werk van EE. Het vergt meer van je omdat je geen maatje hebt en daarom soms alle zeilen moet bijzetten. Maar hoe mooi is het als een eigen huisarts dankzij onze hulp zijn of haar eigen patiënt euthanasie durft te verlenen. Dat is toch wat je het liefste wilt.’

Nellen heeft geen standaardprogramma als zij een huisarts begeleidt. ‘Soms kun je een huisarts al helpen met één telefoongesprek. Een andere keer is het contact intensiever.’ Ze verwacht dat ze weer iets van Manon Houtenbos hoort als die weer op huisbezoek is geweest bij haar patiënt met dementie. ‘Als zij vragen heeft of wil checken wat de volgende stappen moeten zijn, dan hoor ik dat, want zo hebben we het afgesproken. Ik ben een soort van vangnet.’

ZINVOL

‘Ik had die euthanasie niet aangedurfd zonder de expertise van Trees’, vertelt de Schagense huisarts. ‘Na dat huisbezoek heeft zij verteld hoe zij de situatie zag en heeft mij geadviseerd wat voor stappen nog zinvol waren voor ik daadwerkelijk over zou gaan tot het aanvragen van een SCEN-consult. Zo bleek mijn patiënt beoordeeld te moeten worden door een psychiater. Dat een klinisch psycholoog van de GGZ had geoordeeld dat hij niet depressief was, bleek onvoldoende. Dat wist ik niet. En ik heb hem ook nog doorverwezen naar een pijnpoli en een orthopeed om aan te kunnen tonen dat er redelijkerwijs écht geen andere behandelingen meer mogelijk zouden zijn om hem nog wat meer kwaliteit van leven te geven. Allemaal adviezen van Trees die ik zelf niet had bedacht.’

Trees Nellen staat Houtenbos op dit moment bij toeval - het is de EE-coördinator die artsen en consulenten koppelt - ook weer bij. En weer bij een ingewikkeld euthanasieverzoek. Dit keer gaat het om een patiënt van wie onlangs duidelijk is geworden dat hij aan dementie lijdt. ‘Ik vind het heel moedig als een huisarts zo’n casus durft aan te gaan’, vertelt Nellen. Ze is mee op huisbezoek gegaan met Houtenbos en heeft haar geadviseerd om in gesprek te blijven met deze patiënt. ‘Deze meneer is nu nog wilsbekwaam. Hij heeft een goede wilsverklaring en wil alles goed regelen. Ik heb Manon uitgelegd waar ze op moet letten. Hoe ze ervoor kan zorgen dat ze op tijd is en haar patiënt door de dementie niet door haar vingers glipt omdat hij opeens wilsonbekwaam is geworden.’ 

Nellen is heel ervaren als het om dementie of psychiatrische aandoeningen gaat. Ze heeft jarenlang als specialist ouderengeneeskunde in een verpleeghuis gewerkt en ook als basisarts in de psychiatrie. ‘Ik ben goed bekend met dat soort casuïstiek.’ Ze is een van de twintig consulenten die voor het expertisecentrum werken. ‘Ik heb in mijn hele werkzame leven nooit zoiets bijzonders voor mensen kunnen doen als euthanasie verlenen of zorgen dat hun huisarts zelf een euthanasie kan doen. In dit werk kan ik wezenlijk verschil maken. Echt iets betekenen.’

'Het voelt alsof ze een soort van mentor is’, beschrijft Houtenbos-Zandstra consulent Trees Nellen. De jonge huisarts - ze is sinds drie jaar een van de vijf praktijkhouders in een huisartsenpraktijk in Schagen - heeft de hulp ingeroepen van een consulent van EE omdat ze zich onzeker voelde. ‘Tijdens mijn opleiding was er nauwelijks aandacht voor euthanasie. Mijn eerste opleider voerde euthanasie uit en was daar heel bedreven in. Ik mocht weleens mee naar voorgesprekken. Maar als eerstejaars ben je vooral bezig met de basis van de huisartsenzorg. Niet met dit soort dingen.’

Houtenbos-Zandstra vertelt dat ze altijd al geïnteresseerd was in het levenseinde en euthanasie. En dat ze er meer over wilde weten. ‘Maar in mijn laatste jaar waren mijn opleiders streng gelovig en deden zelf geen euthanasie. Uiteindelijk heb ik toen bij een van de patiënten, een man met kanker, zelf euthanasie uitgevoerd en ben ik een beetje begeleid door een andere opleider uit die praktijk. Maar dat was geen ingewikkelde casus.’

De verzoeken die zij in Schagen kreeg, waren wel ingewikkeld. Bijvoorbeeld van een patiënt met somatische en psychiatrische klachten en een familie die niets wilde weten van de euthanasiewens van hun vader. ‘Dat vond ik best lastig’, vertelt Houtenbos-Zandstra. Ze zocht contact met EE en werd aan consulent Trees Nellen gekoppeld, een voormalig specialist ouderengeneeskunde die al bijna tien jaar voor het expertisecentrum werkt. ‘Ik wilde van Manon vooral weten wat zij nodig had en wat ze van mij verwachtte. Na een telefoongesprek kwamen we tot de conclusie dat ik mee zou gaan op huisbezoek om zelf ook een indruk te krijgen van haar patiënt. En dat ik alle verslagen goed mee zou lezen om te zorgen dat alles zo zorgvuldig mogelijk werd geregistreerd. Vooral ook omdat de familie dreigde met de tuchtrechter. Heel extreem.’

De Noord-Hollandse huisarts Manon Houtenbos-Zandstra heeft voor de tweede keer de hulp ingeroepen van een consulent van Expertisecentrum Euthanasie (EE). ‘Zodat ik weet dat ik het goede doe.’  • Marloes Elings     

‘Zonder de hulp van Trees had ik het niet aangedurfd’

FOTO'S: RENE TEN BROEKE

 TREES NELLEN:

‘IK HEB IN MIJN HELE WERKZAME LEVEN NOOIT ZOIETS BIJZONDERS VOOR MENSEN KUNNEN DOEN ALS EUTHANASIE VERLENEN OF ZORGEN DAT HUN HUISARTS ZELF EEN EUTHANASIE KAN DOEN’  

Houtenbos-Zandstra vertelt dat ze het heel fijn vindt dat ze met Nellen kan sparren. Vooral ook omdat ze dan zeker weet dat ze aan alle zorgvuldigheidseisen voldoet. ‘Als huisarts ben je overgeleverd aan de regionale toetsingscommissie na een euthanasie. En dat is best spannend. Zeker bij een wat ingewikkeldere casus.’ Ze vertelt dat ze drie maanden niets hoorde na de eerste euthanasie waarbij ze Nellens hulp had ingeroepen. ‘Terwijl de stelregel is dat je binnen zes weken na ontvangst van de melding iets hoort. Dat vond ik dus echt wel een beetje spannend. Had het gevoel dat alles op een weegschaal lag. En dan ga je toch denken: heb ik het wel goed gedaan? Het was dus een enorme opluchting toen eindelijk de brief arriveerde waarin stond dat ik volgens de zorgvuldigheidscriteria van de wet heb gehandeld.’

De Noord-Hollandse huisarts benadrukt hoe fijn het is dat je dankzij het expertisecentrum er als huisarts niet alleen voor staat bij ingewikkelde euthanasieverzoeken. ‘Het is echt heel waardevol als iemand met verstand van zaken met je meedenkt en je adviseert. Dat geeft vertrouwen en maakt dat je weet dat je het goede doet.’ Op de vraag of haar eigen collega’s zo’n mentorrol niet kunnen vervullen, antwoordt ze ontkennend. ‘Natuurlijk bespreek je soms een casus met elkaar. Maar in onze praktijk is er te weinig ervaring om dezelfde steun en begeleiding te kunnen krijgen als van een consulent van EE.’ •

CHECKEN

Ze werkt niet alleen als consulent voor EE, maar ook als onderdeel van een ambulant team. Dat laatste werk vindt ze makkelijker. ‘In een team ben je altijd met z’n tweeën. Je kunt samen overleggen. Bij elkaar checken of je dingen goed ziet. Dat is heel prettig. Als consulent begeleid je in je eentje een huisarts die ook weer een patiënt begeleidt. En dus heb je eigenlijk twee rollen. Je bent er voor de begeleiding van de huisarts, maar je moet ook de patiënt beoordelen. Dat is soms een beetje zoeken. Sommige artsen zijn huiverig en andere gaan veel te snel. Dat moet je allemaal goed uitvogelen.’

Als Nellen zelf twijfelt of vragen heeft, kan zij altijd een multidisciplinair overleg aanvragen bij het expertisecentrum. ‘Dat is niet standaard, maar dat kan als ik dat nodig vind.’ Na een korte denkpauze zegt ze: ‘Het consulentschap vind ik het fijnste en tegelijkertijd het moeilijkste werk van EE. Het vergt meer van je omdat je geen maatje hebt en daarom soms alle zeilen moet bijzetten. Maar hoe mooi is het als een eigen huisarts dankzij onze hulp zijn of haar eigen patiënt euthanasie durft te verlenen. Dat is toch wat je het liefste wilt.’

Nellen heeft geen standaardprogramma als zij een huisarts begeleidt. ‘Soms kun je een huisarts al helpen met één telefoongesprek. Een andere keer is het contact intensiever.’ Ze verwacht dat ze weer iets van Manon Houtenbos hoort als die weer op huisbezoek is geweest bij haar patiënt met dementie. ‘Als zij vragen heeft of wil checken wat de volgende stappen moeten zijn, dan hoor ik dat, want zo hebben we het afgesproken. Ik ben een soort van vangnet.’

ZINVOL

‘Ik had die euthanasie niet aangedurfd zonder de expertise van Trees’, vertelt de Schagense huisarts. ‘Na dat huisbezoek heeft zij verteld hoe zij de situatie zag en heeft mij geadviseerd wat voor stappen nog zinvol waren voor ik daadwerkelijk over zou gaan tot het aanvragen van een SCEN-consult. Zo bleek mijn patiënt beoordeeld te moeten worden door een psychiater. Dat een klinisch psycholoog van de GGZ had geoordeeld dat hij niet depressief was, bleek onvoldoende. Dat wist ik niet. En ik heb hem ook nog doorverwezen naar een pijnpoli en een orthopeed om aan te kunnen tonen dat er redelijkerwijs écht geen andere behandelingen meer mogelijk zouden zijn om hem nog wat meer kwaliteit van leven te geven. Allemaal adviezen van Trees die ik zelf niet had bedacht.’

Trees Nellen staat Houtenbos op dit moment bij toeval - het is de EE-coördinator die artsen en consulenten koppelt - ook weer bij. En weer bij een ingewikkeld euthanasieverzoek. Dit keer gaat het om een patiënt van wie onlangs duidelijk is geworden dat hij aan dementie lijdt. ‘Ik vind het heel moedig als een huisarts zo’n casus durft aan te gaan’, vertelt Nellen. Ze is mee op huisbezoek gegaan met Houtenbos en heeft haar geadviseerd om in gesprek te blijven met deze patiënt. ‘Deze meneer is nu nog wilsbekwaam. Hij heeft een goede wilsverklaring en wil alles goed regelen. Ik heb Manon uitgelegd waar ze op moet letten. Hoe ze ervoor kan zorgen dat ze op tijd is en haar patiënt door de dementie niet door haar vingers glipt omdat hij opeens wilsonbekwaam is geworden.’ 

Nellen is heel ervaren als het om dementie of psychiatrische aandoeningen gaat. Ze heeft jarenlang als specialist ouderengeneeskunde in een verpleeghuis gewerkt en ook als basisarts in de psychiatrie. ‘Ik ben goed bekend met dat soort casuïstiek.’ Ze is een van de twintig consulenten die voor het expertisecentrum werken. ‘Ik heb in mijn hele werkzame leven nooit zoiets bijzonders voor mensen kunnen doen als euthanasie verlenen of zorgen dat hun huisarts zelf een euthanasie kan doen. In dit werk kan ik wezenlijk verschil maken. Echt iets betekenen.’

'Het voelt alsof ze een soort van mentor is’, beschrijft Houtenbos-Zandstra consulent Trees Nellen. De jonge huisarts - ze is sinds drie jaar een van de vijf praktijkhouders in een huisartsenpraktijk in Schagen - heeft de hulp ingeroepen van een consulent van EE omdat ze zich onzeker voelde. ‘Tijdens mijn opleiding was er nauwelijks aandacht voor euthanasie. Mijn eerste opleider voerde euthanasie uit en was daar heel bedreven in. Ik mocht weleens mee naar voorgesprekken. Maar als eerstejaars ben je vooral bezig met de basis van de huisartsenzorg. Niet met dit soort dingen.’

Houtenbos-Zandstra vertelt dat ze altijd al geïnteresseerd was in het levenseinde en euthanasie. En dat ze er meer over wilde weten. ‘Maar in mijn laatste jaar waren mijn opleiders streng gelovig en deden zelf geen euthanasie. Uiteindelijk heb ik toen bij een van de patiënten, een man met kanker, zelf euthanasie uitgevoerd en ben ik een beetje begeleid door een andere opleider uit die praktijk. Maar dat was geen ingewikkelde casus.’

De verzoeken die zij in Schagen kreeg, waren wel ingewikkeld. Bijvoorbeeld van een patiënt met somatische en psychiatrische klachten en een familie die niets wilde weten van de euthanasiewens van hun vader. ‘Dat vond ik best lastig’, vertelt Houtenbos-Zandstra. Ze zocht contact met EE en werd aan consulent Trees Nellen gekoppeld, een voormalig specialist ouderengeneeskunde die al bijna tien jaar voor het expertisecentrum werkt. ‘Ik wilde van Manon vooral weten wat zij nodig had en wat ze van mij verwachtte. Na een telefoongesprek kwamen we tot de conclusie dat ik mee zou gaan op huisbezoek om zelf ook een indruk te krijgen van haar patiënt. En dat ik alle verslagen goed mee zou lezen om te zorgen dat alles zo zorgvuldig mogelijk werd geregistreerd. Vooral ook omdat de familie dreigde met de tuchtrechter. Heel extreem.’

De Noord-Hollandse huisarts Manon Houtenbos-Zandstra heeft voor de tweede keer de hulp ingeroepen van een consulent van Expertisecentrum Euthanasie (EE). ‘Zodat ik weet dat ik het goede doe.’  • Marloes Elings     

‘Zonder de hulp van Trees had ik het niet aangedurfd’