FOTO'S: ANP

KOHNSTAMM: ‘Ik gebruik het woord tornen expres om duidelijk te maken dat iedere poging om rare dingen te doen met dit wetsvoorstel in het politieke debat uitgesloten moet worden’

Op de vraag of de naderende verkiezingen van invloed kunnen zijn op het wetsvoorstel, zegt Jetten dat hij zich heeft voorgenomen om dit voorstel ‘heel saai, strak en overzichtelijk’ in te dienen. ‘Natuurlijk zullen er een paar partijen zijn die dit wetsvoorstel gaan gebruiken om heel erg tekeer te gaan tegen de Nederlandse euthanasiepraktijk. Maar uiteindelijk blijft de principiële vraag over of je euthanasie in het Wetboek van Strafrecht moet laten staan als jaar in jaar uit blijkt dat het heel zorgvuldig gebeurt. Ik kan mij eigenlijk niet voorstellen dat partijen als GroenLinks-PvdA, NSC en VVD hiervoor niet te porren zijn.’

Met gevoel voor historie merkt Jacob Kohnstamm op dat het ‘prachtig zou zijn’ als bijna 25 jaar na de invoering van de wet euthanasie uit het Wetboek van Strafrecht zou worden geschrapt. ‘Als eerbetoon aan al die artsen die zich zo ongelooflijk zorgvuldig aan de wet hebben gehouden.’ Jetten zegt dat hij lastig in kan schatten of de wet er in 2027 is. Want als de Tweede Kamer instemt, moet het voorstel ook nog door de Eerste Kamer. ‘Dus we zullen heel veel gesprekken met senatoren moeten gaan voeren.’ Kohnstamm grijnst. ‘Misschien wel geestig om te vertellen dat in 1984 D66-Kamerlid Elida Tuinstra het eerste initiatiefwetsvoorstel over euthanasie indiende. Het zou mooi zijn als Rob dik veertig jaar later euthanasie uit het Wetboek van Strafrecht krijgt. Een lange geschiedenis, inderdaad. Maar bij medisch-ethische zaken is het logisch dat de wetgever niet vooroploopt.’
Saillant detail: Kohnstamm nam in 1986 het werk van Tuinstra over. •

Net zoals zijn partijgenoot Kohnstamm zegt hij meermaals dat de praktijk laat zien dat de Nederlandse euthanasiezorg heel accuraat is. ‘Daarom is nu het momentum om een volgende stap te zetten.’ Kohnstamm vult aan dat euthanasie en hulp bij zelfdoding om medisch handelen gaan. ‘Dat blijkt ook uit het arrest van de Hoge Raad uit 2020’, zegt hij. De Hoge Raad oordeelde toen dat een verpleeghuisarts die na een schriftelijk verzoek euthanasie verleende aan een vrouw met dementie die uitzichtloos en ondraaglijk leed, niet strafbaar was. ‘Het zou dus logischer zijn om dit soort zaken voortaan te toetsen bij de tuchtrechter.’

RARE DINGEN

Kohnstamm hamert erop dat het schrappen van de strafbaarheid van artsen in het Wetboek van Strafrecht niet betekent dat er aan de zorgvuldigheidseisen getornd gaat worden. Scherp: ‘Ik gebruik het woord tornen expres om duidelijk te maken dat iedere poging om rare dingen te doen met dit wetsvoorstel in het politieke debat uitgesloten moet worden.’

Het voorstel gaat dit najaar in internetconsultatie en daarna dienen D66 en Volt het initiatiefwetsvoorstel in bij de Tweede Kamer. Jetten hoopt op veel bijval van andere partijen. ‘In het verleden schreven GroenLinks en ook PvdA in hun verkiezingsprogramma’s dat zij euthanasie uit het Wetboek van Strafrecht wilden schrappen. Ik hoop dat wij voor de verkiezingen in oktober al kunnen laten zien dat we een breed front vormen om deze initiatiefwet een stap verder te brengen.’

Rob Jetten teamst vanuit zijn Haagse werkkamer en D66-prominent en Jacob Kohnstamm, voormalig voorzitter van de NVVE en de Regionale Toetsingscommissies Euthanasie (RTE), doet vanuit een Stockholms vakantieadres mee. De laatste is een van de grondleggers van het voorstel en hij broedde ruim anderhalf jaar op het concept. ‘Het is historisch heel goed verklaarbaar dat euthanasie en hulp bij zelfdoding in het Wetboek van Strafrecht zijn gekomen. Maar na vier evaluaties van de Wet toetsing levensbeëindiging en 25 jaarverslagen van de RTE  blijkt dat de praktijk zeer zorgvuldig is. Daardoor ontstond het idee of we zouden kunnen kijken of dat geschrapt zou kunnen worden.’

Kohnstamm vertelt dat hij samen met voormalig procureur-generaal van de Hoge Raad Jos Silvis en hoogleraar strafrechtwetenschap Eugène Sutorius is gaan onderzoeken hoe de wetgever gevolg zou kunnen geven aan de jarenlange zorgvuldige euthanasiepraktijk. ‘Daarna heb ik hulp gehad van een wetgevingsjurist en iemand die hielp om alles goed op te schrijven.’ Dat resulteerde in een nieuw wetsartikel waarin duidelijk staat dat strafbaarheid niet van toepassing is op een arts die euthanasie heeft toegepast of hulp bij zelfdoding heeft verleend en die daar melding van maakt bij een Regionale Toetsingscommissie Euthanasie. Ook schreven zij een uitgebreide memorie van toelichting, waarin wordt uitgelegd waarom het wetsvoorstel nodig is, wat de inhoud ervan is en hoe het in de praktijk zal werken. 

Rob Jetten is blij met Kohnstamms voorwerk. Hij vindt dat euthanasie en hulp bij zelfdoding door artsen principieel niet in het Wetboek van Strafrecht thuishoren. ‘Ik vind beide ingrepen vormen van zorgverlening. Net zoals palliatieve zorg dat ook is. Als er iets misgaat, moet de tuchtrechter daar over oordelen, niet de strafrechter.’ Jetten vertelt dat hij van dichtbij heeft meegemaakt dat mensen de behoefte hebben om regie te voeren over het einde van hun leven. ‘En dan helpt het als er zo min mogelijk stigma’s rondom euthanasiezorg zitten. Omdat het nog steeds in het Wetboek van Strafrecht staat, lijkt het alsof euthanasiezorg iets anders is dan al die andere manieren van zorg die artsen ons verlenen. Dat is helemaal niet zo. Daarom hoort het niet thuis in het Wetboek van Strafrecht.’

‘Haal euthanasiezorg uit Wetboek van Strafrecht’

Ruim veertig jaar na het eerste initiatief­wetsvoorstel over euthanasie is het hoog tijd om euthanasiezorg door artsen uit het Wetboek van Strafrecht te halen, vinden D66 en Volt. Samen dienen ze daar dit najaar een initiatiefwetsvoorstel voor in. Partijleider Rob Jetten (D66): ‘We hebben inmiddels voldoende bewijslast opgebouwd dat de Nederlandse euthanasiepraktijk zorgvuldig is.’ • Marloes Elings

FOTO'S: ANP

‘Haal euthanasiezorg uit Wetboek van Strafrecht’

Ruim veertig jaar na het eerste initiatief­wetsvoorstel over euthanasie is het hoog tijd om euthanasiezorg door artsen uit het Wetboek van Strafrecht te halen, vinden D66 en Volt. Samen dienen ze daar dit najaar een initiatiefwetsvoorstel voor in. Partijleider Rob Jetten (D66): ‘We hebben inmiddels voldoende bewijslast opgebouwd dat de Nederlandse euthanasiepraktijk zorgvuldig is.’ • Marloes Elings

KOHNSTAMM: ‘Ik gebruik het woord tornen expres om duidelijk te maken dat iedere poging om rare dingen te doen met dit wetsvoorstel in het politieke debat uitgesloten moet worden’

Rob Jetten teamst vanuit zijn Haagse werkkamer en D66-prominent en Jacob Kohnstamm, voormalig voorzitter van de NVVE en de Regionale Toetsingscommissies Euthanasie (RTE), doet vanuit een Stockholms vakantieadres mee. De laatste is een van de grondleggers van het voorstel en hij broedde ruim anderhalf jaar op het concept. ‘Het is historisch heel goed verklaarbaar dat euthanasie en hulp bij zelfdoding in het Wetboek van Strafrecht zijn gekomen. Maar na vier evaluaties van de Wet toetsing levensbeëindiging en 25 jaarverslagen van de RTE  blijkt dat de praktijk zeer zorgvuldig is. Daardoor ontstond het idee of we zouden kunnen kijken of dat geschrapt zou kunnen worden.’

Kohnstamm vertelt dat hij samen met voormalig procureur-generaal van de Hoge Raad Jos Silvis en hoogleraar strafrechtwetenschap Eugène Sutorius is gaan onderzoeken hoe de wetgever gevolg zou kunnen geven aan de jarenlange zorgvuldige euthanasie-praktijk. ‘Daarna heb ik hulp gehad van een wetgevingsjurist en iemand die hielp om alles goed op te schrijven.’ Dat resulteerde in een nieuw wetsartikel waarin duidelijk staat dat strafbaarheid niet van toepassing is op een arts die euthanasie heeft toegepast of hulp bij zelfdoding heeft verleend en die daar melding van maakt bij een Regionale Toetsingscommissie Euthanasie. Ook schreven zij een uitgebreide memorie van toelichting, waarin wordt uitgelegd waarom het wetsvoorstel nodig is, wat de inhoud ervan is en hoe het in de praktijk zal werken. 

Rob Jetten is blij met Kohnstamms voorwerk. Hij vindt dat euthanasie en hulp bij zelfdoding door artsen principieel niet in het Wetboek van Strafrecht thuishoren. ‘Ik vind beide ingrepen vormen van zorgverlening. Net zoals palliatieve zorg dat ook is. Als er iets misgaat, moet de tuchtrechter daar over oordelen, niet de strafrechter.’ Jetten vertelt dat hij van dichtbij heeft meegemaakt dat mensen de behoefte hebben om regie te voeren over het einde van hun leven. ‘En dan helpt het als er zo min mogelijk stigma’s rondom euthanasiezorg zitten. Omdat het nog steeds in het Wetboek van Strafrecht staat, lijkt het alsof euthanasiezorg iets anders is dan al die andere manieren van zorg die artsen ons verlenen. Dat is helemaal niet zo. Daarom hoort het niet thuis in het Wetboek van Strafrecht.’

Net zoals zijn partijgenoot Kohnstamm zegt hij meermaals dat de praktijk laat zien dat de Nederlandse euthanasiezorg heel accuraat is. ‘Daarom is nu het momentum om een volgende stap te zetten.’ Kohnstamm vult aan dat euthanasie en hulp bij zelfdoding om medisch handelen gaan. ‘Dat blijkt ook uit het arrest van de Hoge Raad uit 2020’, zegt hij. De Hoge Raad oordeelde toen dat een verpleeghuisarts die na een schriftelijk verzoek euthanasie verleende aan een vrouw met dementie die uitzichtloos en ondraaglijk leed, niet strafbaar was. ‘Het zou dus logischer zijn om dit soort zaken voortaan te toetsen bij de tuchtrechter.’

RARE DINGEN

Kohnstamm hamert erop dat het schrappen van de strafbaarheid van artsen in het Wetboek van Strafrecht niet betekent dat er aan de zorgvuldigheids-eisen getornd gaat worden. Scherp: ‘Ik gebruik het woord tornen expres om duidelijk te maken dat iedere poging om rare dingen te doen met dit wetsvoorstel in het politieke debat uitgesloten moet worden.’

Het voorstel gaat dit najaar in internetconsultatie en daarna dienen D66 en Volt het initiatiefwetsvoorstel in bij de Tweede Kamer. Jetten hoopt op veel bijval van andere partijen. ‘In het verleden schreven GroenLinks en ook PvdA in hun verkiezingsprogramma’s dat zij euthanasie uit het Wetboek van Strafrecht wilden schrappen. Ik hoop dat wij voor de verkiezingen in oktober al kunnen laten zien dat we een breed front vormen om deze initiatiefwet een stap verder te brengen.’

Op de vraag of de naderende verkiezingen van invloed kunnen zijn op het wetsvoorstel, zegt Jetten dat hij zich heeft voorgenomen om dit voorstel ‘heel saai, strak en overzichtelijk’ in te dienen. ‘Natuurlijk zullen er een paar partijen zijn die dit wetsvoorstel gaan gebruiken om heel erg tekeer te gaan tegen de Nederlandse euthanasiepraktijk. Maar uiteindelijk blijft de principiële vraag over of je euthanasie in het Wetboek van Strafrecht moet laten staan als jaar in jaar uit blijkt dat het heel zorgvuldig gebeurt. Ik kan mij eigenlijk niet voorstellen dat partijen als GroenLinks-PvdA, NSC en VVD hiervoor niet te porren zijn.’

Met gevoel voor historie merkt Jacob Kohnstamm op dat het ‘prachtig zou zijn’ als bijna 25 jaar na de invoering van de wet euthanasie uit het Wetboek van Strafrecht zou worden geschrapt. ‘Als eerbetoon aan al die artsen die zich zo ongelooflijk zorgvuldig aan de wet hebben gehouden.’ Jetten zegt dat hij lastig in kan schatten of de wet er in 2027 is. Want als de Tweede Kamer instemt, moet het voorstel ook nog door de Eerste Kamer. ‘Dus we zullen heel veel gesprekken met senatoren moeten gaan voeren.’ Kohnstamm grijnst. ‘Misschien wel geestig om te vertellen dat in 1984 D66-Kamerlid Elida Tuinstra het eerste initiatiefwetsvoorstel over euthanasie indiende. Het zou mooi zijn als Rob dik veertig jaar later euthanasie uit het Wetboek van Strafrecht krijgt. Een lange geschiedenis, inderdaad. Maar bij medisch-ethische zaken is het logisch dat de wetgever niet vooroploopt.’

Saillant detail: Kohnstamm nam in 1986 het werk van Tuinstra over.