In deze rubriek bespreken Martien Versteegh en Marijke Hilhorst om beurten een selectie uit recent verschenen boeken die betrekking hebben op het levenseinde. Deze keer: Marijke Hilhorst

in beeld


€ 20,00  

Nijgh & Van Ditmar


In het aangrijpende In liefde beschrijft de Amerikaanse Amy Bloom de emotionele reis die zij aflegt met haar man Brian wanneer hij, nadat hij de diagnose alzheimer heeft gekregen, besluit zijn leven te willen beëindigen. Zij gaat op zoek naar een manier om te sterven zonder dat het pijnlijk, illegaal, angstaanjagend of traumatiserend is.

Uiteindelijk komt ze terecht bij levenseindekliniek Dignitas in Zwitserland. Een eenvoudig traject is het niet. Er zijn vele obstakels te overwinnen en het kost maanden om de juiste documenten te verzamelen, verklaringen van neurologen en psychiaters te bemachtigen. Die moeten aantonen dat de aard van zijn aandoening ernstig genoeg is voor hulp bij zelfdoding, maar niet zo ernstig dat hij geen bewuste keuze meer kan maken. Het is lang wachten op het groene licht. Zo slopend lang dat Amy ‘paniek’ haar vaste levensgezel noemt. Gaan ze het redden? 

Omdat zo’n heftig verhaal gauw te veel wordt, serveert Bloom het in korte hoofdstukjes die een plaats en datum meekrijgen of een speelse aanduiding zoals Reddingsvlot of Je kunt beter mazzel hebben. Ook krijgen we een samenvatting van de beginfase van haar mans ziekte in scènes vol huwelijks ongemak: ‘Opeens leek het of we voortdurend over volstrekt onbelangrijke zaken liepen te kibbelen.’ Ze verwijt hem dingen die hij niet kan helpen en zegt dingen die hij niet zou hoeven horen. Er volgen ‘weekenden die bestaan uit huilen en praten en ’s avonds series bingen’. 

Er is in het boek ook – op een volstrekt terloopse wijze – actuele zakelijke, al dan niet medische informatie opgenomen. Zoals over het ‘mini mentale statusonderzoek’, een cognitieve test die gebruikt wordt bij een vermoeden van dementie. Tevens beschrijft Bloom de schaarse mogelijkheden voor euthanasie in de VS, de kosten die Dignitas berekent ($ 10.000) en hoeveel pentobarbital er nodig is om Brian te doden (20 gram).

Heel verstandig is het dat Bloom zo dicht mogelijk blijft bij wat er zoal in het dagelijkse leven gebeurt. Dat is al zo aangrijpend dat ik het boek zeker vijftien keer terzijde moest leggen omdat de tranen me uit de ogen spatten. Toch weet de schrijfster ook zelfs gruwelijke constateringen op een buitengewoon humoristische wijze te brengen. Zo vertelt zij hoe ze, alweer een tijd geleden, van Brian een peperduur en vooral raar cadeau kreeg: ‘Een gemêleerd sweatshirt met capuchon en tulen garneersel van $ 500.’ Veel later verbaast het haar nog steeds dat ze niet toen al, naar dat sweatshirt kijkend, heeft gedacht: ‘Het is duidelijk dat je alzheimer hebt.’

Blooms technische kracht is evident in de wijze waarop ze banale details serveert voorafgaand aan diepe inzichten in zaken van liefde, huwelijk en dood. Want behalve een boek over rouw is dit er een over wat liefde kan betekenen voor twee mensen die elkaar halverwege de vijftig ontmoetten.

De grootste uitdaging voor Bloom als echtgenote is: uitvinden welke alternatieven er voorhanden zijn als Dignitas hulp bij zelfdoding weigert te verlenen. Speuren naar alternatieve methoden op het internet brengt haar niet verder; aan verdrinking, zelf fentanyl (een sterke pijnstiller) bemachtigen, de heliummethode, vrijwillig afzien van eten en drinken kleven te veel nadelen. ‘Het recht om te sterven in Amerika heeft net zo veel betekenis als het recht om te eten of het recht op een dak boven je hoofd’, constateert ze, ‘je hebt het recht, maar dat betekent niet dat je het krijgt.’

Blijft nog het hete hangijzer hoe kinderen, broers en zussen, kleinkinderen en ook Brians bejaarde, katholieke moeder te informeren. De laatste blijkt verrassend genoeg een medestander, die zegt: ‘Ik teken voor een goed leven, niet voor een lang leven.’ 

De lezer weet dat het definitieve eind eraan zit te komen, maar als het gebeurt en je het toch als een schok ervaart, dan is dat te danken aan Blooms grote schrijftalent. 


€ 22,99  

Meulenhoff 

  


'Een broeierige dag in augustus komt het slechte nieuws hard binnen: voor het eerst hebben de woorden “kwaadaardig”, “terminaal” en “palliatieve zorg” betrekking op iemand van wie ik zielsveel houd: mijn moeder (66).’ In zijn radeloosheid gaat de Brit Charlie Corbett buiten in het gras liggen. Dan zingt er hoog boven zijn hoofd een leeuwerik. Dat geeft hem hoop en houvast in de wereld die door haar naderende dood compleet uit balans is geslagen. 

Het is duidelijk dat de titel overdrachtelijk is bedoeld; vogels redden geen levens, maar de natuur kan wel helend werken voor mensen die, zoals Corbett, in een depressie geraken. De twaalf hoofdstukken belichten elk een specifieke vogel, van leeuwerik tot velduil. Een gids is het zeker niet, meer een verkapte familiegeschiedenis. De auteur beschrijft zijn gelukkige jeugd, doorprikt de schijnharmonie van een hecht gezin, schetst de eigenaardigheden van de verschillende gezinsleden, het ongemak dat hij ervaart in aanwezigheid van zijn vader en de innige liefde die hij voelt voor zijn moeder. Naarmate het boek vordert, worden de natuurbeschrijvingen indringender omdat hij meer een geheel ziet, een samenhang tussen de vogels en dat wat hen omringt. 


€ 14,95  

Bestellen via: bureaumorbidee.nl

  


Deze praktische gids zal voor veel zorgverleners een geschenk uit de hemel zijn. Want wat moet je zelf of als nabestaande allemaal weten en kunnen om het digitale deel van een nalatenschap op orde te krijgen? De verhalen over niet te openen laptops van overledenen waarop cruciale gegevens staan, zijn inmiddels legio. De kosten die het ‘openbreken’ met zich meebrengen, kunnen gigantisch oplopen. Om over de tijd die het soms kost maar niet te spreken. 

Het handigst is natuurlijk als bij leven de digitale nalatenschap wordt besproken om zo toekomstige nabestaanden te ontzorgen. De auteurs helpen je met vragen: wat moet er met de sociale media-accounts gebeuren? Wijs je je telefoon, laptop of tablet aan iemand toe? Of moeten die vernietigd worden? Waar zijn alle digitale familiefoto’s te vinden? Mogen we e-mails lezen, of wil je die privé houden?

De auteurs zijn de oprichters van Bureau MORBidee: Mariska Overman, voorheen docente levensbeschouwing en filosofie, en Rob Bruntink, journalist en auteur met specialisatie palliatieve zorg en uitvaart, wiens doel het is de dood in alle opzichten bespreekbaar(der) te maken. Dit gidsje neemt ons bij de hand, door heldere vragen te stellen en mogelijke antwoorden te geven. Plus, tot slot, een uitgebreide Checklist digitale nalatenschap. 


€ 16,99  

De Bezige Bij

  


'Ik schrijf over mijn vader in de verleden tijd en ik kan niet geloven dat ik in de verleden tijd over mijn vader schrijf.’ Met deze dertigste gedachte gewijd aan rouw besluit de Nigeriaanse schrijfster dit kleine, fraai gebonden boek. Als Chimamanda’s vader, emeritus hoogleraar James Nwoye Adichie, op 88-jarige plotseling overlijdt, is het zelfverklaarde vaderskind ver weg, net als sommige anderen van de zes kinderen. 

‘Mijn broer startte elke zondag vanuit Engeland een Zoom-meeting; uit Lagos deden twee kinderen mee, uit de Verenigde Staten drie kinderen en vanuit Abba, onze voorouderlijke woonplaats in Zuidoost-Nigeria, soms met echo en gekraak, onze ouders.’ 

Na zijn dood leert ze hoe rauw rouw is. En hoe verweven rouw is met andere emoties. Lachen kan eindigen in huilen, en verdriet gaat soms moeiteloos over in woede. Er volgen paniekaanvallen, slapeloze nachten, ruzies, overweldigende herinneringen, ontkenning. Ze beseft dat het allemaal om liefde draait als een vriendin haar een regel uit een van haar eigen romans stuurt: ‘Rouw was de viering van liefde, degenen die echte rouw konden voelen hadden het geluk liefgehad te hebben.’ •

In deze rubriek bespreken Martien Versteegh en Marijke Hilhorst om beurten een selectie uit recent verschenen boeken die betrekking hebben op het levenseinde. Deze keer: Marijke Hilhorst

in beeld


In het aangrijpende In liefde beschrijft de Amerikaanse Amy Bloom de emotionele reis die zij aflegt met haar man Brian wanneer hij, nadat hij de diagnose alzheimer heeft gekregen, besluit zijn leven te willen beëindigen. Zij gaat op zoek naar een manier om te sterven zonder dat het pijnlijk, illegaal, angstaanjagend of traumatiserend is.

Uiteindelijk komt ze terecht bij levenseindekliniek Dignitas in Zwitserland. Een eenvoudig traject is het niet. Er zijn vele obstakels te overwinnen en het kost maanden om de juiste documenten te verzamelen, verklaringen van neurologen en psychiaters te bemachtigen. Die moeten aantonen dat de aard van zijn aandoening ernstig genoeg is voor hulp bij zelfdoding, maar niet zo ernstig dat hij geen bewuste keuze meer kan maken. Het is lang wachten op het groene licht. Zo slopend lang dat Amy ‘paniek’ haar vaste levensgezel noemt. Gaan ze het redden? 

Omdat zo’n heftig verhaal gauw te veel wordt, serveert Bloom het in korte hoofdstukjes die een plaats en datum meekrijgen of een speelse aanduiding zoals Reddingsvlot of Je kunt beter mazzel hebben. Ook krijgen we een samenvatting van de beginfase van haar mans ziekte in scènes vol huwelijks ongemak: ‘Opeens leek het of we voortdurend over volstrekt onbelangrijke zaken liepen te kibbelen.’ Ze verwijt hem dingen die hij niet kan helpen en zegt dingen die hij niet zou hoeven horen. Er volgen ‘weekenden die bestaan uit huilen en praten en ’s avonds series bingen’. 

Er is in het boek ook – op een volstrekt terloopse wijze – actuele zakelijke, al dan niet medische informatie opgenomen. Zoals over het ‘mini mentale statusonderzoek’, een cognitieve test die gebruikt wordt bij een vermoeden van dementie. Tevens beschrijft Bloom de schaarse mogelijkheden voor euthanasie in de VS, de kosten die Dignitas berekent ($ 10.000) en hoeveel pentobarbital er nodig is om Brian te doden (20 gram).

Heel verstandig is het dat Bloom zo dicht mogelijk blijft bij wat er zoal in het dagelijkse leven gebeurt. Dat is al zo aangrijpend dat ik het boek zeker vijftien keer terzijde moest leggen omdat de tranen me uit de ogen spatten. Toch weet de schrijfster ook zelfs gruwelijke constateringen op een buitengewoon humoristische wijze te brengen. Zo vertelt zij hoe ze, alweer een tijd geleden, van Brian een peperduur en vooral raar cadeau kreeg: ‘Een gemêleerd sweatshirt met capuchon en tulen garneersel van $ 500.’ Veel later verbaast het haar nog steeds dat ze niet toen al, naar dat sweatshirt kijkend, heeft gedacht: ‘Het is duidelijk dat je alzheimer hebt.’

Blooms technische kracht is evident in de wijze waarop ze banale details serveert voorafgaand aan diepe inzichten in zaken van liefde, huwelijk en dood. Want behalve een boek over rouw is dit er een over wat liefde kan betekenen voor twee mensen die elkaar halverwege de vijftig ontmoetten.

De grootste uitdaging voor Bloom als echtgenote is: uitvinden welke alternatieven er voorhanden zijn als Dignitas hulp bij zelfdoding weigert te verlenen. Speuren naar alternatieve methoden op het internet brengt haar niet verder; aan verdrinking, zelf fentanyl (een sterke pijnstiller) bemachtigen, de heliummethode, vrijwillig afzien van eten en drinken kleven te veel nadelen. ‘Het recht om te sterven in Amerika heeft net zo veel betekenis als het recht om te eten of het recht op een dak boven je hoofd’, constateert ze, ‘je hebt het recht, maar dat betekent niet dat je het krijgt.’

Blijft nog het hete hangijzer hoe kinderen, broers en zussen, kleinkinderen en ook Brians bejaarde, katholieke moeder te informeren. De laatste blijkt verrassend genoeg een medestander, die zegt: ‘Ik teken voor een goed leven, niet voor een lang leven.’ 

De lezer weet dat het definitieve eind eraan zit te komen, maar als het gebeurt en je het toch als een schok ervaart, dan is dat te danken aan Blooms grote schrijftalent. 


€ 20,99  

Meridiaan Uitgevers  


'Zachtjes klotst het water tegen de bemoste keien van de dijk. Een witte kat, een kort touw om de nek, met het uiteinde aan een tussen de keien geslagen houten pen bevestigd, deint mee op de donkere golfslag.’ 

Deze eerste zinnen van De goede dood zetten meteen de toon, die in het hele boek niet meer echt zal veranderen. Verwijst de naam van het dorp – Houweningen – naar het plaatsje dat vermoedelijk verging tijdens de Sint Elisabethsvloed van 1421? De dreiging van een overstroming in het dijkdorp is in ieder geval voelbaar. Maar hoewel het verhaal zeker aan vervlogen tijden doet denken, is dat eerder aan afgelopen eeuw dan vele eeuwen geleden. Moderne apparatuur, zoals mobiele telefoons, doet juist vermoeden dat de roman een waarschuwing is, dat het een beeld schetst van een wereld zoals die zou kunnen worden. 

De jonge huisarts Frans Czekalski betrekt in deze dystopische roman het huis van zijn voorganger, samen met zijn dementerende vader. Al snel wordt duidelijk dat dat voor opgetrokken wenkbrauwen zorgt in het dorp. Ze hebben er namelijk een prima euthanasieprogramma, waarvoor iedereen van boven de zeventig in aanmerking komt. Daar hóéft Frans zijn vader niet voor op te geven, zolang hij maar geen beroep doet op welke zorg of steun dan ook. Zoveel is duidelijk. 

Het is een roman die je bij de keel grijpt en niet meer loslaat. Frans lijkt af en toe verzet te voelen in het dorp waar een fascistische partij het voor het zeggen heeft. Maar zijn verzet is niet sterk. En juist dát maakt Ten Holt op een knappe wijze invoelbaar. Zijn boek geeft geen antwoorden, maar roept vragen en angstbeelden op. De expliciete seksscènes die de bizarre relatie tussen Frans en zijn buurvrouw Meeke beschrijven, voegen voor mijn gevoel weinig toe aan het verhaal, maar los daarvan is het lezen van dit boek zeer de moeite waard. 


€ 22,99  

Meulenhoff 

  


Deze praktische gids zal voor veel zorgverleners een geschenk uit de hemel zijn. Want wat moet je zelf of als nabestaande allemaal weten en kunnen om het digitale deel van een nalatenschap op orde te krijgen? De verhalen over niet te openen laptops van overledenen waarop cruciale gegevens staan, zijn inmiddels legio. De kosten die het ‘openbreken’ met zich meebrengen, kunnen gigantisch oplopen. Om over de tijd die het soms kost maar niet te spreken. 

Het handigst is natuurlijk als bij leven de digitale nalatenschap wordt besproken om zo toekomstige nabestaanden te ontzorgen. De auteurs helpen je met vragen: wat moet er met de sociale media-accounts gebeuren? Wijs je je telefoon, laptop of tablet aan iemand toe? Of moeten die vernietigd worden? Waar zijn alle digitale familiefoto’s te vinden? Mogen we e-mails lezen, of wil je die privé houden?

De auteurs zijn de oprichters van Bureau MORBidee: Mariska Overman, voorheen docente levensbeschouwing en filosofie, en Rob Bruntink, journalist en auteur met specialisatie palliatieve zorg en uitvaart, wiens doel het is de dood in alle opzichten bespreekbaar(der) te maken. Dit gidsje neemt ons bij de hand, door heldere vragen te stellen en mogelijke antwoorden te geven. Plus, tot slot, een uitgebreide Checklist digitale nalatenschap. 


€ 14,95  

Bestellen via: bureaumorbidee.nl

  


'Ik schrijf over mijn vader in de verleden tijd en ik kan niet geloven dat ik in de verleden tijd over mijn vader schrijf.’ Met deze dertigste gedachte gewijd aan rouw besluit de Nigeriaanse schrijfster dit kleine, fraai gebonden boek. Als Chimamanda’s vader, emeritus hoogleraar James Nwoye Adichie, op 88-jarige plotseling overlijdt, is het zelfverklaarde vaderskind ver weg, net als sommige anderen van de zes kinderen. 

‘Mijn broer startte elke zondag vanuit Engeland een Zoom-meeting; uit Lagos deden twee kinderen mee, uit de Verenigde Staten drie kinderen en vanuit Abba, onze voorouderlijke woonplaats in Zuidoost-Nigeria, soms met echo en gekraak, onze ouders.’ 

Na zijn dood leert ze hoe rauw rouw is. En hoe verweven rouw is met andere emoties. Lachen kan eindigen in huilen, en verdriet gaat soms moeiteloos over in woede. Er volgen paniekaanvallen, slapeloze nachten, ruzies, overweldigende herinneringen, ontkenning. Ze beseft dat het allemaal om liefde draait als een vriendin haar een regel uit een van haar eigen romans stuurt: ‘Rouw was de viering van liefde, degenen die echte rouw konden voelen hadden het geluk liefgehad te hebben.’ •


€ 16,99  

De Bezige Bij